Nadat ik begin 2023 werd ontslagen bij de escalatielijn van bol.com omdat ik eerst verliefd was geworden op een Selectabonnementhouder en haar vervolgens, toen de roze wolk in zwaveldamp was opgegaan, een ongeneeslijke ziekte had toegewenst, besloot ik dat ik mijn heil elders dan de klantenservice moest zoeken. Ik nam een baan als pannenkoekenbakker. De jongen die me bij het pannenkoekenhuis inwerkte heette Gijs, en een van de eerste dingen die Gijs aan mij vertelde was dat hij een ‘recent gedoopte traditionalistische sedevacantistische SSPX-katholiek’ was, hetgeen hij uitte door onze wulpse zestienjarige serveerstertjes af te snauwen en kruisjes te slaan boven zijn dubbele spekpannenkoeken.

Ja vrienden, de kerk. Mijn oudtante Maria Cornelia, God hebbe haar ziel, heeft ooit goed aan me uitgelegd hoe je kunt zien of iemand uit een paaps of protestants milieu komt. Volgens haar herken je een katholiek aan een evenwichtige combinatie van losheid, franje en schuldgevoel, terwijl protestanten een totaal gebrek aan losheid vertonen en een gevoel voor franje dat schuldgevoel is aangepraat. Je kunt deze definitie overal op toepassen, en zo weet je dat het waar is. Treurwilgen (zwierig (los) schuldgevoel) en mullets (losheid en franje) zijn katholiek, bevrijdingsdag is protestants (dansen voor Auschwitz, oftewel schuldige franje), wiet is katholiek (los, geen kater, het boeten gaat subtieler), en cocaïne is protestants (strak, het schuldgevoel zit al in de franje).

Als we als goede katholieken onbevreesd de conclusies trekken waar deze begripsbepaling ons toe leidt, komen we tot een verontrustend eindoordeel. Paus Franciscus (of de zwendelaar Bergoglio, kan ik beter zeggen) was even katholiek als een Urker kerkklok. Dat is geen kwestie van theologie (God bestaat namelijk helemaal niet en in dit blad zijn we niet te laf om dat te benoemen) maar een kwestie van presentatie. De moederkerk bestaat om te dienen als toevluchtsoord voor de geknepen nichten van Europa en Klein-Azië, het hoort een plek te zijn waar de jongetjes die vroeger als laatste gekozen werden met trefbal heen kunnen om liedjes te zingen en gouden sieraden bij elkaar op te spelden. Van Franciscus was het vanaf dag één duidelijk dat er geen homofiele vezel in zijn lichaam zat – dat kon ook helemaal niet, hij kwam uit Argentinië, een land van biefstukvretende Hispanjoolse Nazi-apen waar men evenveel kaas gegeten heeft van zoet, zalvend homoeroticisme als zinnig monetair beleid.

Hij was een hetero in de stoel van Peter, dus – de eerste in tijden. Ik hoor u, de zwakzinnige die zijn Kellendonk niet heeft uitgelezen, al zeggen: ‘maar MAJM, dat is toch de bedoeling? Homo’s mogen toch helemaal niet in de kerk?’ Fout. Kunt u zich de richtlijn van mijn oudtante Maria Cornelia van hierboven nog herinneren? Franje, schuldgevoel en losheid zijn universele eigenschappen, maar alleen bij homoseksuelen zijn ze in evenwicht. Gijs, de jongen uit mijn anekdote zojuist, had te veel schuldgevoel en te weinig losheid, en daarom was ’t zo’n maagd (een protestantse eigenschap). Franciscus leed aan het tegenovergestelde probleem. Te weinig schuldgevoel en franje (want hetero) leidde bij hem tot een overdaad aan losheid, waardoor we twaalf jaar opgescheept zaten met een paus die zanikte over homorechten – terwijl dat hele instituut al 2000 jaar nadrukkelijk bestaat om homo’s in de kast een bijbelvaste Ru-Paul’s Drag Race-ervaring te bezorgen.

Precies die glitter en glamour is onder het ribeye-met-aardappelenbewind van Big Bicep Bergoglio verloren gegaan. Als een achttienjarige jongen die zijn eerste studentenkamer inricht heeft deze paus alles wat ook maar hintte op stijlgevoel of flamboyantie de kerk uitgebonjourd: de troetelige rode schoentjes van Benedictus, de pauselijke cowboyhoed, de gouden gewaden, de paleizen, het Mercedes- pausmobiel, zelfs de mis in het Latijn moest eraan geloven. Als deze paus de eredienst leidde, stond hij er steevast bij als een eerstejaarsstudent in een met sperma aangekoekte witte badjas.

Omdat de drukker van Propria Cures er bepaald geen protestantse werkethiek op nahoudt, zit het er dik in dat er tegen de tijd dat u dit stuk leest al een nieuwe paus gekozen is. Nu houdt de Heilige Geest zijn wonderen natuurlijk verborgen (al kunnen we altijd hopen – ora pro nobis Pius X, hemels flikkertje) en is de kans groot dat we als straf voor onze zonden weer een smakeloze volkse caudillo-paus uit een of ander apenoord moeten incasseren, maar de profielschets van de aankomende heilige vader lijkt me duidelijk. Wat mij betreft kunnen we de hele nieuwe wereld na Bergoglio definitief afschrijven: het is weer tijd voor een Europeaan, het liefst een Italiaan – het meest fijnzinnige, homoerotische volk onder de Alpen. Na deze kaalslag hebben we iemand nodig met een vuig stijlgevoel, een man met de sensitiviteit van James Baldwin en de zendingsdrang van Splinter Chabot, iemand die bereid is om armoede en oorlog even een paar jaartjes te laten voor wat ze zijn om zich te richten op de werkelijke kern van Christus’ leer: goud, wierrook en kanten jurkjes.

MAJM

Archief