tegel

Vorig jaar stond ik op het Boekenbal bij de trap, toen daar een man afliep die over zijn eigen voeten struikelde en viel. Hij viel recht in mijn armen. Hij was dronken, maar dat waren er daar wel meer. De man herstelde zich en stelde zich voor. Tom Kellerhuis. Wat een avond. Viel daar zomaar een van mijn journalistieke helden in mijn armen.
Tom Kellerhuis maakte voor HP/De Tijd met enige regelmaat interviews die 100 Brutale Vragen heetten. Bijna altijd waren ze geweldig, en dat had doorgaans weinig met de geïnterviewde te maken. De interviews van Kellerhuis waren interviews waarbij het meer ging om de vragen dan om de antwoorden. Ze draaiden om Tom Kellerhuis. Dat is bij wel meer interviewers zo, dat ze zichzelf zo belangrijk vinden dat je je afvraagt waarom ze eigenlijk niet na de vraag zelf ook het antwoord geven. Maar die fingeren dan toch interesse. Kellerhuis niet. Hij was niet uit op de lik-me-vestje-psychologie van het kaliber “Denk je dat je nu bindingsangst hebt omdat je vader wegliep toen je drie was?”, nee: hij wilde een vechtgesprek. Ik herinner me een interview met Arnon Grunberg, dat niets anders was dan een pagina’s lang verslag van twee mannen die elkaar te snel en te slim af wilden zijn. Heerlijk.

Of Bennie Jolink, die van Kellerhuis de openingsvraag kreeg wanneer exact hij had besloten de pose van een boerenkinkel aan te nemen. Kellerhuis’ tweede vraag was: “Eigenlijk bent u een intellectueel?” En Jolink maakte het af met het superieure:  “Een wat?” Dat was het mooie aan zijn interviews: de geïnterviewde die de lol er van in zag, ging terug sarren. En wie niet om zichzelf kon lachen, die viel door de mand. Helaas is Tom Kellerhuis weg bij HP/De Tijd (zoals daar wel meer auteurs weg zijn, meer dan er nog zitten). Een tijd geleden kreeg ik een mail van een uitgever over Kellerhuis. Hij bleek zich te laten omscholen, tot topkok. Hilarisch, wel. Van coke naar koken.

Laatst stond er in HP/De Tijd een nieuwe serie brutale vragen, aan Hugo Borst. Ik veerde op. De comeback van Kellerhuis? Helaas; iemand anders had ze geschreven. Andermaal werd duidelijk dat wel meer mensen brutale vragen kunnen stellen, maar dat je daarmee nog geen Kellerhuis bent. Het verschil tussen een valse zuiger spelen en er een zijn.

Vorige week moest ik nog aan hem denken. In de Revu stond een interview met Clarence Seedorf. Ik heb geen verstand van voetbal, dus ook niet van Clarence Seedorf. Ik weet dat hij geregeld respect opeist en moet altijd lachen om mensen die dat doen, zoals om alle mensen die niet om zichzelf kunnen lachen

In het interview sprak hij zijn bewondering uit voor Sylvio Berlusconi. Dat heb ik ook, maar dan het zelfde type bewondering dat je ook kunt hebben voor een zeer gewiekste bankovervaller. De bewondering van Seedorf was een andere, een oprechtere. De interviewer vroeg of dat zuiver was. Seedorf antwoordde niet met een antwoord, maar met een vraag: “Nou ja, wie is wel zuiver in een wereld die meer en meer in de greep van de negativiteit komt?”

Ik vrees dat Seedorf dit zelf een diepe, misschien wel existentiële, wellicht zelf filosofische vraag vindt. Je zou er honderden varianten op kunnen verzinnen.  “Vindt u dat wel kies; de Holocaust ontkennen?” “Nou ja, wat is kies, is een wereld waarin de liefde het steeds aflegt tegen de haat?” “Vindt u dat rechtvaardig; oproepen om homo’s van gebouwen te gooien?” “Och ja, wat is rechtvaardigheid nog, in een wereld waarin de waan van de dag regeert?” Als Clarence spreekt, zouden pallets vol tegels moeten worden afgeleverd. Voor iedere zin een tegeltje. Deze zou ik zeker bestellen voor boven de schouw: “Kijk, het vervelende van welke politieke discussie dan ook is dat het altijd strijd oplevert.”

Ook leverbaar: blanco tegeltjes, die Clarences veelbetekenende stiltes verbeelden. Ook Jezus werd vermoord in eigen land, legt de Revu Seedorf voor in een passage over erkenning in eigen land. “’En door zijn eigen volk,’ voegt hij er meteen aan toe. Hierna zwijgt Seedorf veelzeggend.”Het zijn de momenten waarop ik Tom Kellerhuis mis, de man die nog vragen over de overeenkomsten tussen Jezus en Clarence zou bebben gesteld. Ook al had dat tien veelzeggende stiltes opgeleverd.

Archief