Toen Charlie Hebdo twee cartoons plaatste over dat Syrische joch in die Turkse branding stonden opiniemakers aller landen meteen klaar om een hele reeks hele rare stukken te schrijven, waarin voortdurend om de hete brij heen werd gedraaid. Het leek alsof elke opiniemaker wilde zeggen dat de mensen die ten tijde van de aanslag hun steun aan het blad betuigden (lees: iedereen en uw moeder) zich daar nu voor zouden moeten schamen, maar dat net niet helemaal durfden, omdat het natuurlijk impliceert dat een redelijk mens het blad indertijd juist niet had moeten steunen, wat weer zou moeten betekenen dat die aanslagen helemaal zo erg niet waren en de jongens en meisjes Hebdo de boel toch wel een beetje uit hebben gelokt.
Het was vermakelijk om te zien hoe de politiek-correcte medemens (daar moet een goed woord voor komen, policor is veel te Jalta en de South Parkvondst PC betekent natuurlijk al iets veel mooiers) zich in bochten wrong om recht te praten wat krom is: Charlie Hebdo moet kunnen schrijven wat ze willen, en over verdronken kinderen mag je geen grappen maken want dan ben je een lul.
Wat is oranje en blauw en ligt op de bodem van de Middellandse Zee? Een Syrisch vluchtelingenjongetje met een lekgestoken zwemvest. Wat is oranje en rood en drijft aan het oppervlak van de Middellandse Zee? Een zwemvest met een lekgestoken Syrisch vluchtelingenjongetje. Het is met deze tandemmop net als met de twee cartoons van Charlie Hebdo: je kan je afvragen of het nou allemaal wel nodig is, je kan je afvragen of het eigenlijk wel leuke grappen zijn, en je kan je afvragen of je er niet meer boosheid dan debatreflectie mee teweeg brengt, maar wat absoluut nooit een boeiende vraag is, is: mag dit? Het antwoord daarop luidt namelijk altijd: tuurlijk.
Als het antwoord namelijk niet ‘tuurlijk’ is, kom je in een schimmig gebied waarin je blijkbaar te ver kan gaan, en als je te ver gaat en je wordt vervolgens overhoop geknald door twee zwakbegaafde testosteronbroertjes met een obsessie voor actiefilms en een religie als quasimorele quasidekmantel, wat moet je daar dan van vinden? Niet dat het oke is, maar blijkbaar ook niet dat het allemaal de schuld van de heren Kouachi is. Op deze twijfelachtige richel balanceerde de afgelopen tijd de publieke opinie, en de domheid daarvan wil ik graag illustreren aan de hand van een willekeurig gekozen zondebok, een man over wie ik zometeen hele beledigende dingen ga zeggen alleen maar omdat zijn tweet het eerste voorbeeld was dat ik kon vinden.
Ene Feroz Khan, sportfotograaf en blijkbaar deugdethicus, tweette “Anyone still want to be #JeSuisCharlie now?” Nog afgezien van de afzichtelijke translinguistische taalfout die deze zin vormt, is dit een van de domste opmerkingen die ik in tijden heb gelezen. Ja natuurlijk zou men dat nog steeds moeten willen, domme sportfotograferende bokkenlul, want de implicatie van Charlie Hebdo nu afvallen is dat je het voor een minuscuul beetje allemaal wel prima vindt wat er is gebeurd. Roepen dat het vrije woord nooit ingedamd mag worden is blijkbaar weer uit, of het was eigenlijk al uit in de weken na de aanslag, toen er steeds meer stukken verschenen die het blad ervan betichtten dat ze nodeloos kwetsen. Dat zo’n redenering vreselijke dingen impliceert, kan je niet wegnemen door te zeggen: “natuurlijk vind ik niet dat je mensen overhoop mag schieten omdat je beledigd bent,” want tot op zekere hoogte vind je dat dan dus wel. De schuld van de aanslag mag dan nog steeds voor laten we zeggen 90% bij de daders liggen, een willekeurig percentage, die overige tien procent maakt wel dat het afknallen van de redactie van Charlie Hebdo blijkbaar een iets minder verwerpelijke daad is dan het afknallen van de redactie van de Tina, die nog nooit iemand heeft geschoffeerd. Dat is een redenering waar ik niet in mee wil gaan, en bovendien een die een gevaarlijk hellend vlak schept.
Dit allemaal nog afgezien van het feit dat die cartoons natuurlijk (in tegenstelling tot mijn hilarische voorbeeldgrappen) helemaal niet de spot drijven met verdronken vluchtelingen, maar met de West-Europese houding tegenover de vluchtelingencrisis. Maar het oormerk van goede satire is onbegrip bij het gepeupel, als je iemand in een massagraf legt door middel van fototrucage, als je een gekleurde medemens ongeletterd noemt, als je een dood Syrisch jongetje gebruikt om een punt te maken over de hypocrisie van de vluchtelingencrisis. Bovendien: als het smakeloos zou zijn om een dood jongetje te gebruiken om een punt te maken, dan zou ik nu aandelen Kalashnikov kopen. Dan is geen krant- of webredactie onschuldig.
DD