Van Kooten & CampertFijn, aangenaam, lekker, verrukkelijk, hemels, prima, prettig, zalig, smakelijk, fantastisch, geweldig: er zijn vele woorden te bedenken om aan te geven dat je iets leuk of lekker vindt. De dames Campert en Van Kooten gebruiken ze niet. In hun boek
C’est la vie, waarin ze het historische genre van de gebundelde mailwisseling opnieuw leven in blazen, vinden zij alles heerlijk. Nou, ja bijna alles dan. Een enkele keer vinden ze iets zelfs héérlijk.

Het geluid van paardenhoeven in de straat? Heerlijk. De stilte in het nieuwe huis? Heerlijk. Even een paar daagjes weg naar het buitenhuis in Iviers? Heerlijk. En lezen natuurlijk, ook al zo heerlijk. Want hun mannen mogen dan grote schrijvers zijn, ook zij zijn dol op literatuur. Nee, ze zijn heus niet van de straat. Zo schrijven ze over het ‘heerlijke Extremely Loud & Incredibly Close’ en die verrukkelijke Annejet van der Zijl. Maar bovendien schrijven ze in C’est la vie over de ‘heerlijke dagen’ die ze beleven met elkaar, hun kinderen en hun kleinkinderen. En vooral natuurlijk met hun ‘gezellige onvoorspelbare mannen’. ‘Héérlijk’, aldus het commentaar van de dames.

Maar het leven is niet altijd heerlijk. Soms is het leven vermoeiend. ‘Cultuur, cultuur en nog eens cultuur,’ mailt Barbara doodmoe van het weekend aan Deborah. En dan die borrels waar soms ‘goedkope wijn’ en ‘vieze zoutjes’ worden geserveerd. Of die keer dat ze naar een galerie-opening waren, waar slechts drie flessen wijn aanwezig waren. Drie! Nee, het leven van ‘een vrouw van’ gaat niet altijd over rozen. Liever dan hun mond te zetten aan zo’n ordinair glas wijn gaan ze lekker eten met vrinden. Gezellig op Sociëteit de Kring of gewoon in Zuid bij Brasserie Keyzer. Daar waar ze vroeger, ‘in de golden years’ nog wel eens op hun kop stonden.

Want je kan veel over ze zeggen. Ze mogen nu zo oud zijn dat niks ze meer leuk staat, vroeger in de golden years was dat wel anders. Toen verschenen ze op gelegenheden nog in de vlotste japons. Ja, in de golden years was het dolle pret. Toen klommen ze nog wel eens op schoot bij Den Uyl, lieten ze hun onderbroek zien op chique recepties, of vlogen ze zomaar naar New York om Woody Allen te interviewen. ‘Een dunne lelijke lul,’ volgens de dames. En dan die keer dat Deborah een Chinese kunstenaar ontmoette die met haar naar bed wilde voor een zeefdruk. Dat geloof je toch niet? Nou die zeefdruk heeft ze, maar naar bed is ze niet met hem geweest. Nee, zeg. ‘Chinees is om te eten, niet om te neuken,’ aldus Deborah. Die mannen ook altijd.

En dan hun eigen mannen hadden ze het daar al over gehad? Dat zijn ook een stel deugnieten! Rem, die gewoon doorslaapt als Deborah met een ambulance naar het ziekenhuis wordt gereden. Kees die altijd van alles vergeet, zodat Deb hem zelfs een keer in ochtendjas achterna is gereden naar Schiphol. Of die keer dat de dames zich helemaal hadden verkleed en met veel moeite op elkaars nek waren geklommen. De mannen keken even op en gingen vervolgens gewoon weer door met hun gesprek. Hilarisch! En zo typisch Rem en Kees. Ze hebben wat meegemaakt met zijn vieren en nu hebben ze het dus opgeschreven. Niet Rem en Kees maar zij Deb en Bar. Want zij kunnen heus ook wel wat. Het was trouwens helemaal niet hun idee om hun emails te bundelen maar een idee van de mannen. En dan achteraf alles ontkennen, zo typisch weer. ‘Geen commentaar,’ schrijft Kees van Kooten op de kaft. ‘Ik ontken alles,’ schrijft Remco Campert. Hebben zij weer! Nou, ja C’est la vie!

En nu promoten ze het boek. Beiden in dezelfde roze blouse met ruches want dan hoeven ze niet tegen elkaar op te boksen. Eerst was er al de receptie op de uitgeverij. Geen gekkigheid maar gewoon met veel witte wijn. Nee, geen goedkope. En nu gaan ze stad en land af. Zo vertellen ze over hun boek bij Matthijs, op de huishoudbeurs voor literatuurliefhebbers, in een interview aan de Libelle. Of ze komen voorlezen in de boekhandel, maar dan wel bij een gezellige high tea. Want het moet wel een beetje leuk blijven. En zeg nou zelf zo’n high tea is toch heerlijk. Barbara en Deborah: het zouden zo twee typetjes kunnen zijn uit Van Kooten & De Bie. Maar ze zijn echt. C’est la vie is een heerlijk boek, over een heerlijk leven van twee heerlijke dames en vooral van twee heerlijke mannen.

C’est la vie, Deborah Campert en Barbara van Kooten, Thomas Rap, 18,90

Archief