In het bos wonen de dieren. Ze kruipen, broeden, fladderen, ruien en krioelen dat het een lieve lust is. Ze leiden een rustig en veilig bestaan, in de wetenschap dat er iemand over ze waakt. Het bos kent namelijk nog een bewoner: Alberto Stegeman.
Waarom Alberto precies in het bos is gaan wonen, dat weet niemand. Feit is, dat elke keer dat hij een onthullende primeur heeft, hij dat een week lang met weidse handgebaren en bezorgde dictie in promotiefilmpjes aankondigt. Filmpjes die zich merkwaardigerwijs altijd in het bos afspelen, waar Alberto al vertellend langzaam op de camera komt toegelopen. Ik vermoed dat hij hiermee een statement wil maken over zijn motieven. Beschuldigingen van sensatiezucht zullen niet snel worden gemaakt richting een bosliefhebber. Dat zijn wandelaars, vogelaars, kinderlokkers. Mensen die van rust houden, en geen behoefte hebben aan kermis en stampei. Wat Stegeman eigenlijk probeert te zeggen, is dat zijn onthullingen voortkomen uit oprechte bezorgdheid.
Die onthullingen doet hij in zijn programma: Undercover in Nederland. Zoals bij de meeste programma’s, waren ook hier de eerste paar seizoenen de beste. Met een kleine camera in zijn knoopsgat, legde Alberto allerlei verboden praktijken vast. Zo wist hij te onthullen dat je in veel steden zomaar coke op straat kan kopen, dat taxichauffeurs in Amsterdam oplichters zijn en dat er langs de snelweg parkeerplaatsen bestaan waar mannen hem niet alleen uit de broek halen voor een plaspauze. Het heeft allemaal iets aandoenlijks. Stegeman die met grote ogen en fluisterstem dingen openbaart die voor de meeste mensen net zo nieuw zijn als de introductie van het vrouwenkiesrecht. Tijdens het kijken bekruipt je dan ook het gevoel dat hij ieder moment kan gaan onthullen dat Connie Palmen eigenlijk een vent is, mongooltjes lekkerder tongen en dat je in Haïti ook dokter Bibber kunt spelen zonder batterijen. De Engelsen hebben een mooie term voor mensen als Alberto Stegeman: captain obvious.
Toch kan je dit Alberto niet aanrekenen. Hij studeerde journalistiek in Zwolle, aan wat tegenwoordig de Christelijke hogeschool Windesheim heet. Een stad waar je voor coke slechts 2,20 betaalt, en dat inclusief ijsblokjes. Zwolle, waar taxichauffeurs nog gewoon Hans heten en waar de enige viezigheid die men aantreft op parkeerplaatsen, de rotzooi is die picknickende gezinnetjes hebben achtergelaten. Toen Alberto zijn studie netjes had afgerond en naar Amsterdam vertrok, ging er een nieuwe wereld voor hem open. Een wereld die hem inspireerde tot het maken van zijn programma’s. Hij maakte afleveringen over kinderprostitutie, bestialiteit, meer kinderprostitutie, illegale zaaddonoren, kinderprostitutie in het buitenland en de koningin. Niet geheel toevallig allemaal dingen die hij tijdens zijn studententijd is misgelopen.
De echte roem kwam met zijn reportage over de beveiliging van het koningshuis. De mensen van Alberto huurden een bestelbusje, zwaaiden nonchalant met hun kwasten uit het opengedraaide raampje, meldden zich bij de marechaussee aan als schilders en mochten zomaar naar het paleis rijden. Eerlijk is eerlijk: een mooie stunt. De teleurstelling begon helaas al bij het passeren van de poort. Ze parkeerden, lieten hun bom van papier maché in de achterbak liggen, doolden wat rond op het terrein en stotterden dat ze de manege moesten controleren toen iemand ze eindelijk aansprak op al dat gelummel. De meeste mensen krijgen nooit de kans om bij de koningin op bezoek te gaan. Het was dan ook bijzonder treurig om te zien hoe de redacteuren van Alberto Stegeman met deze gelegenheid omgingen. Normale mensen zouden zich naar binnen haasten. Het zout met de suiker verwisselen, royale remsporen achterlaten op het koninklijk toilet of prinses Amalia swaffelen. Niets van dit alles. Bij Alberto Stegeman wordt alles gesmoord in een klef sausje van urgentie en landsbelang. Het paleis binnendringen wordt zo geen ludieke actie waarvan je de foto’s online zet voor je vrienden, maar een historische daad die ertoe doet. En ach, waarom zou je ook opscheppen op facebook als je een televisiezender tot je beschikking hebt?
De tragiek is dat Alberto zelf niet kon meedoen aan zijn grootste primeur tot nu toe. Zijn gezicht is te bekend geworden, en daarmee ongeschikt voor undercovermissies. Ik vermoed dat hij het uit hobbyisme nog wel blijft doen, wat ongetwijfeld tot spanningen leidt in zijn vriendenkring. Het kan zomaar zijn dat je Alberto in je huis, auto of de school van je kinderen aantreft, compleet met fopsnor, om aan te tonen dat de beveiliging niet deugt. Of je wordt in een steegje wakker met het gevoel dat er iemand heel hard op je endeldarm heeft geblazen en er vervolgens middels allerlei knopen een vrolijke giraffe van heeft gevouwen, en hij komt je uitleggen dat het niet verstandig is om je drankje onbeheerd op de bar te laten staan.
Er is een reden waarom het soms lijkt alsof Alberto Stegeman zichzelf daadwerkelijk serieus neemt: dat doet hij ook. Met zijn reportages wil hij iedereen deelgenoot maken van de wereld waarin hij zelf leeft. Hij opent ons de ogen tot we zien wat hij ziet. In elke vlieger aan de horizon een bommenwerper, in elke bananenschil een gebroken nek. Risico’s, gevaar en onheil, zover je maar kan kijken. Pas wanneer men dat erkent, kunnen we werken aan een veilige samenleving. Niet alleen gefouilleerd worden op het vliegveld, maar ook bij de drogist en de kebabzaak. Helmen verplicht bij het fietsen, maar ook bij het wandelen, brunchen en tijdens middagdutjes. Een wereld zonder risico’s, waarin de koningin haar eigen paleis schildert en de oceanen gevuld zijn met tandloze haaien.
Wie Alberto Stegeman ziet glunderen bij zijn zoveelste onthulling, weet dat hij nog gelooft in die wereld. Maar dat hij in afwachting van Utopia, toch maar in het bos is gaan wonen.
StB