Tim,
Ongevraagd ben je mijn leven ingekomen. In kranten en op het internet, zelfs boven dit stuk staat jouw foto. Bij leven was je een anonieme ijscoman met het verlangen iemand te zijn. Nu ben je dood en ben je ´iemand´, alleen omdat je dood bent. Het is niet eerlijk.
Hoe vaker ik je rouwadvertentie zie, hoe meer ik je begin te haten. Je grote voortanden, je oneindig hoge voorhoofd onder het door veel gel omhoog gehouden stekeltjeshaar: ik walg ervan, zoals ik wel eens door walging word overvallen als ik word gevraagd een baby vast te houden. Die zoete, weeïge geur van kinderen. Ik stel me voor dat je ook zo rook.
Nee, dan je afscheidsbrief. De laatste kans om nog iets moois te zeggen, een leuke indruk te maken, misschien om je plaaggeesten eens goed de huid vol te schelden. Dat vond je blijkbaar niet nodig. In plaats daarvan spreek je de angst uit dat papa en mama boos op je zijn. Als een laffe haas ga je zelfs in je afscheidsbrief door je knieën, vrezend voor vaders riem en moeders vlakke hand. Een laffe laatste boodschap, opgetekend in een lettertype dat nog lelijker is dan Comic Sans. Je noemt je ouders lief en fantastisch. Hoewel het voor jou te laat is moet één ding duidelijk gemaakt worden: als je ouders het in hun hoofden halen zo´n lettertype in je rouwadvertentie te gebruiken zijn ze niet fantastisch en al helemáál niet lief.
Bij leven zag niemand je staan, of alleen als paaltje om tegenaan te pissen. Nu weet iedereen wie je bent, omdat je ouders je foto in de krant plaatsten, zodat iedereen zou weten wat er met je is gebeurd. Nu moet er iets gebeuren tegen pesten, zeggen ze. De tweede week van januari met de fiets naar het werk tegen pesten, een maand geen teennagels knippen tegen pesten, dat werk. Maar waarom moet er altijd weer een dood kind bijgesleept worden als we ergens tegen in het geweer moeten komen? Waarom kunnen we niet eens op de barricades gaan staan zonder daarbij om het even wiens lijk achter ons aan te slepen? Wordt het sentiment anders niet genoeg aangewakkerd? Of is het pas erg als er iemand dood is?
Het zijn vragen die jij niet meer kan beantwoorden. Dat hoeft ook niet, ´t zijn retorische vragen. Een stijlmiddel dat ik gebruik om mijn verhaal wat cachet te geven. Eigenlijk ben jij net zo´n middel geworden. Daarvoor ben jij in de eerste plaats verantwoordelijk. Zelfmoord, een pompeuze daad die nog nooit iets opgelost heeft. Een ultieme schreeuw om aandacht maar altijd de verkeerde keuze. Op verschillende plekken in deze wereld worden mensen hun hele leven gekleineerd, mishandeld, verminkt en vermoord door anderen. In grote delen van de wereld worden vrouwen onderdrukt en verkracht, enkel omdat ze vrouw zijn. Jij hangt jezelf op omdat de stoere jongens op school wel eens iets vervelends over je zeiden. Was toch een man geweest!
Ook je ouders gaan niet vrijuit. Toen je dood was zetten ze een grote advertentie in de krant. Daarmee lijken ze aandacht te vragen voor de gevolgen van ernstig pestgedrag. Dat is natuurlijk een nobel streven, maar het lijkt me niet hun eerste taak als ouders van een pestslachtoffer (ik bedoel niet mensen die aan de pest zijn overleden maar mensen als jij, Tim). Hadden je ouders niet kunnen of moeten ingrijpen vóórdat het te laat was? Als ze echt zo lief en fantastisch zijn als je in je afscheidsbrief schreef, waarom hebben ze dan niets kunnen doen om het pesten te stoppen? Durfden je ze niet in vertrouwen te nemen, of namen ze je klachten niet serieus? Hoe dan ook, als je als ouder niet merkt dat er iets aan de hand is tot je een afscheidsbrief op de keukentafel vindt moet je bij jezelf te rade gaan in plaats van om aandacht schreeuwen.
Zelfmoord lost niets op Tim, het veroorzaakt slechts leed. Je grootmoeder plaatste het volgende gedicht in de krant:
Je vaarde op geheel eigen wijze jouw levenskoers
Je had de wind niet altijd mee,
toch leek je aan de buitenkant tevree.
Jij hebt nooit iets laten blijken
en wij konden niet in je kijken.
Maar nu jij deze keus hebt gemaakt,
zijn wij tot in het diepst van ons hart geraakt!
Tenenkrommend slechte poëzie, dat komt ervan, kuttenkop. Je wordt bedankt.