U zou kunnen denken dat mensen die succes behalen op het internet naar boeken kijken als klimaatactivisten naar bruinkool. Dat is niet zo. Britse wetten worden, omdat dat ze een zekere autoriteit verleent, nog steeds op perkament geschreven, en internetbekendheden brengen allemaal vroeg of laat een boek uit. Dat geeft tastbaarheid aan de roem, en bovendien kan er door verschillende partijen geld aan worden verdiend. Het laatste product van dit gegeven werd onlangs uitgebracht door Het Spectrum, waar de mensen achter RUMAG een papieren geesteskindje mochten baren. Dat kindje, de RUMAG.BIJBEL, had beter na de twintigwekenecho geaborteerd kunnen worden. Liefst met moeder erbij.
Het onderscheidende aspect van RUMAG bestaat uit de vorm van de korte teksten die het platform op sociale media plaatst. In plaats van normale spatiëring te hanteren wordt in die slagkreten tussen elke twee woorden een punt gezet. Of het nu over seks of drank gaat, of een bericht betreft ter nagedachtenis aan de slachtoffers van een vliegramp, alles wordt bij RUMAG in die staccato vorm gegoten.
Afgelopen februari werd, in datzelfde achterlijke format, een elders in het Engels al gemaakte grap over tienerzwangerschappen herhaald. Op zichzelf geen nieuwswaardige gebeurtenis, want grappendiefstal en in harkerige anglicismen verwoorde vertalingen zijn de twee zuilen waar de RUMAG-architraaf op rust. Toch wist de grap vanwege vermeend seksisme reuring te veroorzaken, en bij RUMAG greep men met beide handen – het stelen van grappen wordt vooralsnog niet volgens de Sharia bestraft – de geboden kans aan. In een statement werd trots geschreven over ‘een duidelijke rode draad’ in RUMAG-content van ‘het iemand willen aaien met een kettingzaag’ en ‘het willen vergiftigen van je ex zijn hond.’ ‘En dat’, vond men bij RUMAG, ‘is precies waarom jullie ons volgen. Jullie schijnheilige motherfuckers. Moraalridders. Schapen.’ De reactie had in ieder geval het gewenste effect bij Bert Brussen, die RUMAG subiet prees als ‘een bazenmerk dat wél een ruggengraat en ballen heeft’.
Het RUMAG-universum is nu dus uitgebreid met een boek, maar achter de spatieloze teksten schuilen al langer pogingen tot het opbouwen van een media-imperium. Een ‘lifestylemerk’ noemen ze zichzelf bij RUMAG. Zo’n buzzword zou u misschien niet verwachten van het ‘bazenmerk’, maar het omschrijft de kliek beter dan haar feministische criticasters. Wie zonder voorkennis op rumag.nl belandt zou vermoeden dat de site het hobbywerkje is van een elfjarige autist die zo’n fan is van Vice dat hij de site in zijn vrije tijd heeft proberen na te bouwen.
Ongeveer de helft van de ‘stukken’ op rumag.nl wordt geschreven door redactrice Stefanie Koorneef. Zo fabriceerde Stefanie bijvoorbeeld het ‘lijstje met dingen die gewoon fucking irritant zijn aan influencers’; op dit moment het eerste artikel dat bezoekers van de site zien. Ze droeg dat werkje op aan ‘iedereen die de influencer ook zat is’, en zal dus zelf ook ergens wel doorhebben hoe uitgekauwd de oefening was. Goed, zo’n zouteloos discours schrijft ook zichzelf niet, en als toch iemand het moet doen, ja, waarom dan niet Stefanie Koorneef? Stefanie kan er echter beter wel voor zorgen dat, mocht ze nog eens schrijven over ‘nare wannabes die allemaal dezelfde foto’s hebben’, het duidelijk is dat haar eigen auteursportret niet meer bij het stuk hoort. Ik zou normaal gesproken nooit een vrouw slechts op haar uiterlijk beoordelen, maar in het geval van Stefanie Koorneef zou een verdere analyse van haar proza het er allemaal alleen maar erger op maken, dus Stefanie, bij dezen: een krappe zes en een half.
Samen met stagiaire Shannon Schippers – die moeilijk op haar uiterlijk te beoordelen is; de kans lijkt mij klein dat ze er in het echt ook uitziet als de foutmelding bij een onbestaande URL – schrijft Stefanie rumag.nl vol met platgetreden observaties over winkelen, katten, relaties beëindigen en rode wijn drinken met je blonde besties. Bij RUMAG weet men dat schreeuwen aandacht oplevert, maar ook dat de grootste afzetmarkt van Nederland uiteindelijk gewoon bestaat uit timide burgertutjes.
Diezelfde doelgroep is ook de kurk waar de Nederlandse boekverkoop op drijft, en dus schoof de RUMAG.BIJBEL onlangs tussen Roxane van Iperen en Yuval Noah Harari aan als hoogst genoteerde binnenkomer in de bestseller top 60. Mijn recensie-exemplaar leek een minder succesvol lot beschoren. Het Chinese restaurant waar ik boven woon verdacht ik er al langer van met mijn post te sodemieteren, en ik had u dus willen waarschuwen dat u daar binnenkort een citaat uit de RUMAG.BIJBEL in uw gelukskoekje zou vinden. Dat zal niet gebeuren, want dit eerste exemplaar kwam later op een adres waar PC twee verhuizingen geleden bivakkeerde boven water. Al voor dat gebeurde bleek Het Spectrum beter in het faciliteren van veeleisende recensenten dan in het contracteren van auteurs met scheppend vermogen, en werd een tweede exemplaar mijn kant op gestuurd, dat wel zonder problemen aankwam. Ondertussen is door een volgend misverstand ook een derde boek onderweg naar mijn huis, en tegen de tijd dat u deze tekst leest hebben mijn huisgenoten dus allemaal een RUMAG.BIJBEL in hun nachtkastje liggen. Laat ik daarom beginnen door iets positiefs te zeggen over die aardige mensen van uitgeverij Het Spectrum. Op de omslag van de RUMAG.BIJBEL belooft een ondertitel dat het boek antwoord geeft ‘OP.AL.JE.KUTVRAGEN’. Fijn dat iemand tijdens het redigeren doorhad dat ‘kutvragen’ aan elkaar wordt geschreven. Online is dat de mensen van RUMAG nog nooit gelukt.
Wie de RUMAG.BIJBEL openslaat merkt dat het boek aansluit bij alles dat u inmiddels over de auteurs weet. De lezer wordt opgedragen een vraag te verzinnen, het boek vervolgens op een willekeurige pagina te openen, en daar een korte tekst te lezen die als antwoord moet worden geïnterpreteerd. Dat idee is gejat. Er zullen ongetwijfeld meer mensen zijn die iets soortgelijks bedacht of uitgevoerd hebben, maar de bekendste is waarschijnlijk Carol Bolt, die een hele serie van dergelijke boeken op haar naam heeft staan. Waar de cryptische antwoorden van Bolt hier en daar als komisch kunnen worden gezien, is de RUMAG.BIJBEL dat niet. Enkele antwoorden proberen, zoals u ondertussen wel verwacht had, aanstootgevend te zijn: ‘GOOI.EEN.STEEN.DOOR.DE.AUTORUIT.VAN.JE.EX.’ Het grootste deel bestaat echter uit advies dat u ook had gekregen als u in 2010 een vraag had gesteld op het forum van Girlscene: ‘LET.EEN.BEETJE.OP.JEZELF.’ ‘SAMEN.YOGA.DOEN.’ ‘STOP.JEZELF.MET.ANDEREN.TE.VERGELIJKEN.’ U begrijpt waarom het jatten van andermans grappen of interactieve publicatievormen voor de mensen van RUMAG noodzakelijk is: de gedachten die uit hun eigen beperkte geest ontspruiten kunnen onmogelijk choqueren of inspireren.
In de kritiek op influencers die ik eerder in dit stuk aanhaalde werd die groep vergeleken met processierupsen. Overeenkomsten: ‘Het is een plaag en ze geven je jeuk.’ Een volksdeel vergelijken met een ongedierteplaag; dat is volgens sommigen een wat beladen stilistische keuze. Het is natuurlijk vooral lui, want die metafoor kan bij het bespreken van elk populair cultuurverschijnsel gebruikt worden. Laat ik zelf specifieker zijn. RUMAG is een kroket die een half uur te lang in de friteuse heeft gelegen: van buiten duister en hard, van binnen, op de half verdampte resten van wat weeïge meuk na, leeg.
BN
DE RUMAG.BIJBEL. Uitgeverij Het Spectrum, €12,99