Kan u de geëvolueerde versies van Charmander, Bulbasaur en Squirtle uit uw hoofd opdreunen? Weet u wat bonkers zijn en hoeveel kleintjes één bonker waard is? Gefeliciteerd. De kans is groot dat wij in dezelfde jaren rondom een stoeptegel op het schoolplein hurkten om glazen balletjes in het gat te wippen; wij kunnen samen hebben geknikkerd. En dat geeft u het privilege om mij bij mijn voornaam aan te spreken, mij te tutoyeren – teuntoyeren, zo u wilt.

Als PC een blad van onze oosterburen was geweest had dit niet gekund. En dat komt niet doordat satire en humor even zeldzaam zijn als een Duitse weigerambtenaar. In de Bondsrepubliek houden ze van respect, gezag en orde, daarom spreken ze daar van Herr Doktor, Herr SS-Obersturmfüher en Herr Professor. Het is allemaal rigide en star en biedt geen ruimte voor maatwerk, dus ik vind mijn knikkernorm beter.

Ronit Palache heeft niet met Renate Rubinstein geknikkerd. Het is daarom verwonderlijk dat ze in de inleiding van Bange mensen stellen geen vragen Rubinstein steeds Renate noemt. (Waar ik verwonderlijk zei bedoel ik achterlijk, stop de tijd.) Dit soort pre-puberale jovialiteit moet Palache maar bewaren voor haar kleuterjuf. (Even terzijde: wat een kankerkleuterjuf moet zij hebben gehad. In een interview met Jannetje Koelewijn zegt Palache dat ze de eerste zin van Niets te verliezen en toch bang práchtig vindt. Komt de eerste zin: ‘Maandag. Kloten. Man weg. Koffers gepakt. Verdwenen. Moest nog wel even zeggen dat-ie tien jaar ongelukkig was geweest.’ Die rekentoets op de Pabo stelt inderdaad niet veel voor.)

Als ik een cultuurpessimist was geweest, een Burkerukker, had ik dit biggetjesgedrag verklaard door te wijzen op de wagenwijd openstaande deuren van de hedendaagse universiteit en te stellen dat Herr Professor studenten geen mores meer leert. Maar Palache heeft gelukkig nog nooit een universiteit van binnen gezien, dus daar kan het niet aan liggen. Nul studiepunten behaald aan een academie, maar ze heeft wel een promotieplek aan de Universiteit van Amsterdam gekregen. Na een ‘geleerd gesprek’ met Irene Zwiep, hoogleraar Hebreeuws. Noemen ze de creditcard van papa tegenwoordig zo? Je zal maar één van de zeshonderd (ik herhaal: zeshonderd) sollicitanten zijn geweest aan de Faculteit der Geesteswetenschappen die smeekten om één van de vijf promotieplekken. Met in je ene hand het diploma van je dubbele onderzoeksmaster cum laude en in de andere een algemene afwijzingsbrief. En een huppelkut haalt haar talenten uit haar bh en mag de rij overslaan.

Wat er tijdens een ‘geleerd gesprek’ is besproken blijft binnenskamers, dus ik grijp naar de publieke middelen om de hersenkronkels van Palache te doorgronden. Twee inleidingen van bloemlezingen, een van Ischa Meijer en een van Rubinstein, dat is wat op haar palmares staat. En slaat het ergens op? Ik bladerde door de inleiding, zag veel jaartallen, namen en ander Wikipediamateriaal. Maar het is oneerlijk om haar hier op af te rekenen. Op pagina veertien begon ik te lezen. Serieus lezen. De eerste zin verbaasde me, een beetje. Misschien ben ik gewoon wat te naïef voor deze wereld. Wat was er aan de hand? Palache schrijft dat Rubinstein, excuses ‘Renate’, zich inschreef ‘voor de studie PSF’. PSF? Wat is dat? Gelukkig wordt de zin begeleid door een asterisk, onderaan de pagina staat: ‘De Politiek-Sociale Faculteit (PSF), later Faculteit der Sociale Wetenschappen (FSW) en thans Faculteit der Politieke en Sociaal-Culturele Wetenschappen.’ Even voor de volledigheid: de aanhalingstekens in de vorige zin komen van mijn hand, in het boek zijn ze niet te vinden. Wat dat betekent voelt u misschien wel aankomen.

Goed. Wat valt op aan deze zin? Misschien had de auteur aan een universiteit kunnen leren dat een faculteit geen studie is. Je schrijft je in aan een faculteit of voor een studie. Beste Ronit, een contaminatie heet dat. Moeilijk woord, ik begrijp het, maar onthoud het, want het kan je later nog van pas komen. (Ik weet dat ik je niet mag tutoyeren, maar soms ben ik een stoute jongen.) Op het woord ‘thans’ kom ik zo terug. Want een zin kan nog zo veel opsmuk bevatten om een beetje goed voor de dag te komen, hij is vergelijkbaar met het gezicht van Palache: als je de aangebrachte tierelantijntjes er afschraapt blijft er weinig over. Die Faculteit der Politieke en Sociaal-Culturele Wetenschappen klinkt als een faculteit waar mijn studie (politicologie) onder zou vallen. Dat deed hij ook, tot begin deze eeuw. Sindsdien is het de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen. Begrijp me niet verkeerd, hoe het vroeger was lijkt mij veel leuker: geen psychologen en andere neuronazi’s, dat moest een feest zijn. Hoe komt Palache dan aan het woord ‘thans’, een ouderwetse edoch opvallende formulering; een woord dat enkel bejaarden gebruiken. En dat klopt ook, want Joop Ellemers was al 67 of 68 toen hij deze frase woord voor woord als openingszin in een bijdrage in de Sociologische Gids in 1998 schreef. Slechts één willekeurige zin van de inleiding gelezen en die is jatwerk. In Mattheüs 7:7 staat ‘zoekt en gij zult vinden’. Zoek niet en u krijgt de misbaksels van Ronit.

Voor het letterlijk overnemen van andermans werk zonder bronvermelding bestaat een woord. U kent het, want u studeert of hebt gestudeerd en weet dat knip-en-plakwerk niet de academische maatstaf is. Ik ken het: ik heb bijna 500 studiepunten verzameld aan deze en gene universiteit en in iedere studiehandleiding van een vak staat dat het niet de bedoeling is om andermans stukken te kopiëren. Mijn studenten kennen het, want als zij dit in hun werkstukken doen, stuur ik ze naar de examencommissie die ze zal berispen voor fraude en mogelijk van de universiteit verwijderen. Palache heeft echter nog nooit van plagiaat gehoord, maar dat kan ik haar ook niet kwalijk nemen, ze heeft immers niet gestudeerd: zij hult zich in een doorschijnende mantel van onwetendheid, het perfecte kledingstuk om domheid publiekelijk mee te verbergen. En zo zien we dat Shylocks pond vlees gelijk over haar beide side boobs is verdeeld. Misschien moet professor Zwiep even nadenken of de prijs van dertig zilverlingen voor een promotieplek niet te laag was nu ze daarvoor een handelaar in andermans werk heeft binnengehaald. Voor een informatief gesprek kan ze Jan Six bellen.

TD

Archief