helpleondewinterdoorZoals ik nooit zal beweren dat een hoepel rond is, of dat Nick van Simon op een pinda lijkt, zal ik ook nooit zeggen dat Leon de Winter een op geld beluste patjepeeër is met de diepgang van een polonaise. Leon de Winter is namelijk een altruïstische schrijver, die voor ons een jaar lang in Amerika gaat wonen zodat wij dat tenminste niet hoeven doen. Eenmaal aangekomen in het land van de onbegrensde mogelijkheden doet hij wekelijks verslag op zijn website Het Vrije Westen, en na een jaar bundelt hij zijn belevenissen in een boek dat je nu al kunt bestellen. Voor een astronomisch bedrag, dat wel, maar dat is nu eenmaal de marktwaarde van Leon de Winter.

Terwijl anderen genoegen zouden nemen met leondewinter.waarbenjij.nu en daarop tussen het reizen door berichten over dat ze opnieuw met hun hoofd in de kots wakker werden in een dronken Portugees, pakt Leon de Winter het heel veel professioneler aan. Het Vrije Westen is een gelikte website waarop reisimpressies, interviews en analyses zullen worden beschreven in een ‘keten van ervaringen’. De Winter gaat die ervaringen opdoen in Amerika, het land waar hij al een tijdje woonde. Lekker weg in eigen land kun je het noemen: “Ik geef toe, ik hou van Amerika. Ik word ontroerd wanneer ik de tekst van de Declaration of Independence lees.” Het schijnt dat Leon de Winter ook ontroerd raakt van bankbiljetten, aandelen Philips en muntgeld. De lezer moet namelijk dertig euro neertellen voor zijn ‘boek’. En wat je daarvoor krijgt en niet elders op het internet leuker en bovendien gratis te vinden is, is in het geheel niet duidelijk.

‘It’s a free ride, when you’ve already paid’, zong Alanis Morisette ooit in Ironic. Los van het feit dat dat lied helemaal niet ironisch is, heeft ze wel gelijk in dat het een nogal vervelend gevoel geeft wanneer je iets gratis krijgt waarvoor je net betaald hebt. Toch lijkt dit precies te zijn wat schrijver en amateurfilosoof Leon de Winter doet met zijn project Het Vrije Westen: “Als u mij wilt volgen, kost u dat – voor de aankoop en het toezenden van het boek, waarbij u gratis een jaar lang toegang krijgt tot de website – 30 euro. Dat is niet weinig, maar het is een fractie van een abonnement op Die Welt en u krijgt er veel voor terug. Ik zal elke week minstens één keer een essay of column plaatsen. Hoeft u niets voor te betalen.” Jawel, u betaalt daar dus dertig euro voor. En dan zijn we er nog niet: “In feite koopt u mijn boek een jaar vóór het verschijnt. Het bijzondere is: u maakt het schrijven ervan elke week mee. U kunt zelfs, via een speciale mailbox, mij uw ideeën aan de hand doen en plannen opperen voor artikelen en columns. U schrijft dus mee.” Recapitulerend, je moet dus én betalen voor een boek dat nog niet bestaat en in alle waarschijnlijkheid niet interessanter wordt dan de memoires van Jan Tromp, én je moet het nog een beetje bijsturen ook, wil het niet alleen maar gaan over doodsaaie ontmoetingen met joodse boekverkopers in de Midwest.

Op zijn website zal De Winter niet schromen zijn gepeperde mening over de dingen van het leven met ons te delen: “Onze manier van leven is, vergeleken met de ontelbare generaties vóór ons, voor een groot deel bevrijd van honger, ziekte, geweld, gebrek, nood en de willekeur van de natuur. Wij zijn de prinsen van de geschiedenis.” Juist op het moment dat toch zo’n beetje iedereen het eens is over het feit dat de westerse samenleving in het nauw gedrukt wordt, roept De Winter dat het zo goed gaat. Het is een inzicht dat halverwege de jaren negentig reuzerelevant was, maar inmiddels de actualiteitswaarde heeft van een Commodore 64.

Maar er is meer dan alleen de gedachten van De Winter. We krijgen bij Het Vrije Westen niet alleen filosofische gedachten die overgenomen zijn uit de Reader’s Digest van 1998, de lezer wordt eveneens voorzien van een kijkje in de huwelijksperikelen van de familie De Winter. Dat Jessica Durlacher al een tijdje niet meer onder meneer De Winter zijn aangroeiende vrijewestenwelvaartspens wil liggen, of het eindeloze gezeur over waar ze nu weer gaan wonen: “We worden heen en weer geslingerd tussen twee liefdes, voor Nederland en Amerika. Daar zult u veel over horen. Misschien verhuizen we dit jaar weer terug naar Los Angeles, misschien ook niet. We worden misschien opnieuw emigranten, of niet… De vertwijfeling en chaos van die keuzes zal ik u niet onthouden.” Inderdaad, een duivels dilemma. Zoals altijd is de zelfkritiek ver te zoeken, bescheidenheid past nu eenmaal niet bij De Winter. “Het wordt een ongelooflijk jaar, dat ik afsluit met een boek – een verzameling van de beste stukken die ik hier ga publiceren.” De laatste keer dat er op voorhand al zo weinig interesse bestond voor een verzameling stukken was toen het schaakbord van Marc Dutroux geveild werd.

Dat De Winter verder het marketingvernuft heeft van een overleden reiger blijkt wel uit deze teaser:
“En als klap op de vuurpijl het volgende: uit de inschrijvers zullen via het lot tien mensen worden gekozen die ik bij mij thuis nodig voor een avond met hapjes en drankjes en met discussie over de verkiezingsuitslag in november van dit jaar.” Mocht de lezer nog niet helemaal overtuigd zijn van deelname, dan heeft De Winter nu wel iets wat hem over de streep trekt: euroshopperworst, belegen kaas en dito meningen over datgene wat wederom gratis op tv was.

Het initiatief van De Winter moet gericht zijn op het oplossen van een breder probleem: hoe verdienen we geld in een wereld waar mensen steeds minder willen betalen voor hun informatie? De Winter denkt met een nog saaiere versie van Jack Kerouac’s On the Road lezers te binden en het publiek door middel van interactie te enthousiasmeren. Aan de inschatting van het aantal lezers dat hij denkt te gaan krijgen kunnen we zien dat De Winter elke realiteitszin inmiddels verloren heeft: “Als het er honderd zijn, ben ik zwaar teleurgesteld en mijn enorme investering kwijt. Bij vijfduizend ben ik blij en bij honderdduizend heel erg tevreden.’ Nog afgezien van het feit dat ik niet inzie wat zijn ‘enorme investering’ is (op de belegen kaas na), is drie miljoen euro voorschot voor een boek dat bestaat uit los zand toch niet geheel conform de marktprijs. Ze zien me al aankomen bij Prometheus.

Leon de Winter, schrijver 2.0. Het heeft weliswaar nog geen soundtrack – Money, money, money zou prima geschikt zijn – maar verder wordt het neergezet als iets nieuws. Gelukkig hebben we hier een markteconomie die reguleert en kansloze initiatieven als sneeuw voor de zon laat verdwijnen. Het zal niet lang duren of de lezer zal het project ontmaskeren als zure, peperdure wijn in nieuwe zakken. Lang leve het vrije westen.

LvdG

Archief