dierenactivistBestonden ze nog maar, dierenactivisten zoals ze vroeger waren. Hysterische poezenvrouwtjes die naar bontdragers riepen dat het moordenaars waren, of veganisten die zo nu en dan een manifestatie hielden en halverwege massaal flauwvielen door de combinatie van bloedarmoede en opwinding. Die dagen zijn lang vervlogen. De actievoerder van vandaag heeft een driedaagse mediatraining achter de rug voordat hij überhaupt een keer ‘boe’ mag roepen naar de plaatselijke slager. En hoewel elke ludieke actie die faunafetisjisten tegenwoordig organiseren meer weg heeft van een ingestudeerde act op de bonte avond dan een bevlogen protest, werkt het wel degelijk.

Grondlegger van deze strategie is Peter Janssen, beter bekend als de Vegan Streaker. Hij verstoorde de uitzending van Paul de Leeuw door, slechts gekleed in string, het decor op te rennen om aandacht te eisen voor dierenrechten. Naast onsmakelijk, was dat vooral onbeleefd. Op den duur komt elke gehandicapte in de uitzending van Paul de Leeuw terecht, dus waarom niet netjes op je beurt wachten? Het incident maakte van Peter een bekende Nederlander, waarmee hij zijn idealen voortaan voor een miljoenenpubliek kon verkondigen.

Later vond de Vegan Streaker ook zichzelf terug in het beklaagdenbankje. Hij werd gearresteerd vanwege betrokkenheid bij het bevrijden van nertsen. Naar verluid had de politie geen enkele moeite om de verdachte te traceren die door getuigen werd omschreven als een ‘ielig mannetje met kamelengebit, die halfnaakt met twee pelsdieren onder zijn oksels langs de N86 rende.’ Nog veel bonter maakte Peter het nadat hij kort werd vastgehouden omdat hij mogelijk een aanslag op de koningin voorbereidde, en bekend werd dat hij regelmatig op penitiair bezoek gaat bij collega-activist Volkert van der G. Dat moet haast wel een komisch gezicht zijn. Twee aspergers, eentje wel heel informeel gekleed, die zwijgend tegenover elkaar zitten in de bezoekruimte, roerend in een plastic bekertje met groentesoep. Normaal gesproken zou Peter in zo’n situatie een zelfgebakken cake met daarin een veil moeten meesmokkelen, ware het niet dat er eieren in een cake gaan en beide heren veganist zijn. Het is wachten op een complot waarin ze het vereiste gereedschap in een onbespoten sinaasappel de gevangenis proberen binnen te krijgen. Maar hoe vaak Peter J. de publiciteit ook haalt, voor het echt grote werk moet men aan boord van de Steve Irwin zijn, het vlaggenschip van de Sea Shephards.

Over het wel en wee aan boord is een heuse docusoap gemaakt, Whale Wars, die wekelijks op Discovery Channel te zien is. Een fascinerend kijkje in de vleesvrije keuken van de dierenactivist en dan vooral op het gebied van pers en promotie. De opvarenden kennen de wetten van de showbizz beter dan het maritieme recht. Want naast leuke personages en goed camerawerk, drijft een goed tv-programma toch vooral op leugens. Heel veel leugens. Kapitein Paul Watson, een man die zijn bemanning leidt als Idi Amin in een onredelijke bui en over meer lichaamsvet beschikt dan de beesten die hij probeert te redden, heeft dat begrepen. Zo laat hij twee van zijn medewerkers een Japans schip enteren, om vervolgens een persbericht de wereld in te sturen dat zijn bemanning is gekidnapt. Ongetwijfeld behoort Watson tot het slag mensen dat zwervers een muntstuk toestopt en vervolgens ‘houd de dief!’ begint te roepen. Komisch wordt het pas echt als hij zich aan dek begeeft en wordt neergeschoten door de Japanners. Gelukkig zonder al te veel gevolgen, want in plaats van een reddingsvest blijkt hij een kogelvrij vest te dragen. Wie een eindje gaat varen op de Zuidpool weet immers maar nooit of hij een vuurwapengevaarlijke pinguïn tegen het lijf loopt.

Ook aan andere criteria voor een geslaagde reality soap wordt voldaan. Men heeft een centraal figuur nodig, een vaderlijke brompot in de traditie van Hulk Hogan of Ozzy Osbourne. Maar waar deze twee nog hun sympathieke momenten hebben, kan dat van Paul Watson helaas niet gezegd worden. De bemanning van de Steve Irwin is de meest onfortuinlijke sinds die van de Koersk. De kapitein verwacht van zijn bemanning dat ze ‘bereid zijn om te sterven’ en als een naïeve matroos daar zijn vraagtekens bij durft te zetten, begint Watson te briesen hoe deze man überhaupt door de sollicitatieprocedure is gekomen. De Sea Shephards zouden zichzelf een hoop tijd en moeite kunnen besparen door Paul Watson aan boord van een Japans schip achter te laten. Ongetwijfeld zouden alle opvarenden als dolle lemmingen van boord springen om maar niet in zijn nabijheid te hoeven zijn.

Als Watson niet slaapt of schreeuw, zit hij in de stuurcabine met een Japans scheldwoordenboekje zichtbaar in zijn element door de portofoon te giebelen. Naast hem zitten zijn handlangers, voor wie mooie bijrollen zijn weggelegd. Een Zweedse stuurman wiens bijdragen niet verder reiken dan ‘ja meneer’ en een wat dwarse boorddokter met zo’n gebrekkige lichaamshygiëne dat ik mijn wonden liever zou laten hechten door een harpoenschip dan op zijn behandeltafel te belanden. De rol van de vrouw blijft achter bij andere programma’s, die zitten vooral in het vooronder met een theedoek en een emmer sop. Als ze al bovendeks komen dan is het om naar een aan stuurboord verschijnende kudde walvissen te zwaaien, en wanneer de beesten dan met hun vinnen boven water komen, verheugd roepen dat ze terugzwaaien. En als zo’n schepsel straks de boeg ramt dan geeft hij een high five. Het schijnt dat walvissen intelligente dieren zijn. Ik kan me dan ook niet voorstellen dat ze blij zijn met deze reddingsmissie. Alsof je het A-team hebt gebeld, en er ’s morgens een busje met de Jostiband voor de deur staat.

Hoe vermakelijk het allemaal ook is, het is tijd om een eind te maken aan dit curieuze mengsel van activisme en entertainment. Mensen die op televisie verschijnen, hebben namelijk de vreemde gewoonte om uit te groeien tot idolen. God verhoede dat de Hitkrant van volgende week een uitklapposter van Peter J. bevat. Dat kinderen met een rubberbootje de Ankeveense plassen opgaan om naar snoekbaarzen te zwaaien en Japanse schuttingtaal naar passerende plezierjachten te roepen. Mensen die niet deugen, verdienen geen voorbeeldfunctie. Die wil ik alleen op televisie vlak na het journaal, met een compositietekening onder hun naam.

Archief